Wat is Parkinson?

De ziekte van Parkinson is een aandoening waarbij zenuwcellen versneld afsterven in een bepaald hersengebied (de substantia nigra, oftewel de zwarte kern). Deze zenuwcellen (neuronen) produceren de chemische stof dopamine. Wanneer een bepaald percentage neuronen is afgestorven, ontstaan klachten en symptomen vanwege een tekort aan dopamine.

Kernsymptomen

  • Trillen van de handen, benen, kin of tong (tremor).
  • Tragere bewegingen (bradykinesie), moeite met starten van bewegingen (akinesie), ontbreken van automatischebewegingen, zoals minder knipperen met de ogen (hypokinesie).
  • Stijfheid van de spieren (rigiditeit).
  • Loopstoornissen en houdingsinstabiliteit (evenwichtsproblemen, voorovergebogen houding, en ‘bevriezen’ van de benen tijdens het lopen waardoor het lijkt of de voeten aan de vloer blijven plakken).

Mogelijke overige symptomen

  • Verminderde reuk.
  • Depressie.
  • Problemen met het denken, zoals trager denken, minder flexibel zijn, moeite met uitvoeren van meerdere handelingen tegelijkertijd.
  • Zogenaamde ‘autonome’ stoornissen, zoals problemen met plassen, obstipatie, verminderde of afwezige erecties bij mannen, impotentie, veel zweten, pijnklachten, een vettige huid, schommeling van de bloeddruk bij opstaan.
  • Toegenomen speekselvloed.
  • Slaapstoornissen, zoals moeite met in slaap vallen, toegenomen slaapbehoefte overdag, levendige dromen.

Oorzaak

Bij de ziekte van Parkinson sterven dopamine-producerende cellen in de hersenstam af. De oorzaak hiervan is nog niet bekend. Er zijn wel sterke aanwijzingen dat het gaat om een combinatie van een bepaalde erfelijke aanleg (genetische factoren) en invloeden van buitenaf (omgevingsfactoren). Bij 10 tot 15% van de parkinsonpatiënten blijkt de erfelijke aanleg een grote rol te spelen. Een erfelijke aanleg noemen we een familiaire vorm van parkinson. Als geen sprake is van erfelijke aanleg, spreken we over een sporadische vorm.

Bron: ww.radboudumc.nl